Jaap Beekhuis, vrijwillige journalist voor Huis Bergh in gesprek met Micha Leeflang, conservator van kasteel Huis Bergh

“ ALLEEN AL HET VERHAAL VAN HET MUNTHUIS LAAT ZIEN HOE BIJZONDER DE HISTORIE VAN KASTEEL HUIS BERGH IS “

 

Huis Bergh renoveert

 

Als ik op een mooie voorjaarsdag midden op de houten toegangsbrug van Kasteel Huis Bergh sta, zie ik opeens hoe het markante muntgebouw als het ware “ aanleunt “ tegen de statige Sint Pancratiuskerk. En paar stappen verder blijkt dit monument met speelse trapgevels een heel eigen plek te hebben tussen zelfs twee kerken. En dat allemaal op steenworp afstand van de trotse Berghse waterburcht. Dat vraagt om een gesprek met iemand die de geschiedenis rond de Middeleeuwen kent en bevlogen tot leven kan roepen. Micha Leeflang is daarvoor de juiste persoon; van kind af aan bezocht ze musea, studeerde middeleeuwse kunst in Groningen en was 17 jaar conservator in het Utrechtse Museum Catharijneconvent. Nog niet zo lang geleden zocht ze nieuwe uitdagingen, vond die in Oost- Nederland en kijkt ernaar uit “ om weer een nieuwe collectie te gaan ontdekken”. Tijd om met de nieuwe conservator-  projectleider van Kasteel Huis Bergh in gesprek te gaan.

 

MIDDELEEUWS VERDIENMODEL

Van welke kant je het ook bekijkt, geld –  ook in muntvorm – spreekt enorm tot de verbeelding. En als je dan in de entourage van een kasteel zo’n 250 jaar lang grote hoeveelheden geld maakt door letterlijk munten te slaan, dat is voor jong en oud een spannend verhaal.  Kasteel Huis Bergh is daarom zo uniek dat we dit verhaal compleet in huis hebben.  En de gouden, zilveren en koperen Berghse munten en zelfs superoude documenten óók kunnen laten zien. En dat allemaal in een gerestaureerd Munthuis, compleet met vrijwilligers die én gastheer én eigentijdse muntmeesters zijn.  Voor het onderwijs een unieke kans om de Middeleeuwen te laten beleven door hun scholieren.

Economisch gezien was het voor verschillende partijen een geweldig verdienmodel  De bisschop uit Keulen verleende in 1346 aan de toenmalige Heer van Bergh het leenrecht om munten te slaan in Bergh.  Die  verpachtte dat recht aan de muntmeester van zijn keuze, die vervolgens met zijn gezellen “ aan de slag ging”.  Echt spierballenwerk, want elke munt werd met de hand geslagen. Het geldwezen kende een enorme bloei in de 16de eeuw en men zag er niet tegenop om met bestemming Bergh zilver te importeren uit midden-Europa (onder meer Tsjechië) en zelfs vanuit Zuid-Amerika via Spanje. Dus bepaald geen regionale activiteit: kooplieden uit onder meer Duitsland bestelden grote hoeveelheden munten. Wij kunnen als Kasteel Huis Bergh een collectie van 70 munten laten zien uit die tijd. Compleet met de afbeelding van de graven Van den Bergh  samen met tekst, jaartallen en waarde- aanduiding.

Het kon natuurlijk niet uitblijven dat bij zo’n lucratieve handel door sommige muntmeesters de randjes van wat wettelijk toegestaan was werden opgezocht.  Ook letterlijk, want naast gebruik van laagwaardiger zilver dan besteld, werden ook onopvallend randen van munten afgevijld om vervolgens het vijlsel opnieuw te smelten. Ook “ vergissen” bij het aangeven van de juiste munteenheid was voordelig voor de producent. Dat bleef bij controle natuurlijk niet onopgemerkt. Muntmeesters werden dan ontslagen of soms tijdelijk vastgezet

De échte klad kwam erin toen de overheid zich in toenemende mate met het muntwezen ging bemoeien, vertelt Micha.  “ De controles en voorschriften werden steeds strenger. Munten moesten bijvoorbeeld rondom een ribbelrand krijgen om het illegale afslijpen te voorkomen.   Het echte verhaal was natuurlijk dat de overheid door centralisatie van het muntwezen een monopolie kreeg. Zodat de grote winsten via de kortste route in de centrale kas vloeiden. In Bergh viel voor muntmeester Clemens van Eembrugge en zijn voorgangers het doek rond 1582”.

 

NU  EDUCATIEVE  MUNTMEESTERS

In de geest van de initiator Jan Herman van Heek werd onmiddellijk gereageerd toen de Berghse Munt te koop kwam. Althans de wat treurige restanten daarvan.  Ondernemend werd in 1968 een restauratie opgetuigd. Na de oplevering in 1976 domineert in de Muntstraat een markant en fraai monument compleet met trapgevels. Ook werd een volledig nieuwe functie gevonden: de bovenverdiepingen van het muntgebouw zijn een veilige plek geworden voor huisarchief en bibliotheek.

De wondere wereld van de Middeleeuwen bereik je in Bergh nu nog even over het achtererf met waterput via – “pas op je hoofd “ – een smalle trap.  In een schemerige sfeer zijn kunstig gemetselde bogen te zien die al eeuwen de bovenverdieping dragen. In de zijwand twee oude smeltovens, verder een oude muntkist, gereedschappen, vitrines en voor de jeugdige bezoekers die hun eigen munt willen slaan een eigentijdse draaipers. Door hun enthousiasme en historische kleding scoren de vrijwillige muntmeesters hoog bij jong en oud.

ZELF EEN MUNT SLAAN SPREEKT VOORAL BIJ KINDEREN ENORM TOT DE VERBEELDING

“  Je bezoekt ons wel op een heel hectisch moment” verontschuldigt Micha zich. Allereerst komt er aan de voorzijde van de Munt een nieuwe, gastvrije entree. We willen vaker het verhaal vertellen en laagdrempelig zijn. We gaan straks zes dagen in de week open. Naast de demonstraties van de muntmeesters kunnen we nu ook veel overzichtelijker de geschiedenis van het muntwezen laten zien. Na de opening rond Pinksteren kunnen dan de prachtige munten goed worden bekeken, maar óók een reproductie van het unieke  groepsportret van de Berghse muntmeester en zijn gezellen midden in de glorietijd. Wat óók zal aanspreken is dat we aan de hand van het schilderij een bellenpak hebben laten namaken. De jongste bediende moest dat dragen als hij de muntmeester begeleidde buiten de muren van het muntgebouw.

Bijzonder is dat wij ondanks dichte deuren tijdens de renovatie van Kasteel Huis Bergh, tóch een brede doelgroep kunnen blijven ontvangen.  De Munt staat open voor scholieren, fietsende senioren, toevallige passanten of iemand die helemaal weg is van de Middeleeuwen.  En ook bezoekers uit Duitsland gaan we veel meer enthousiast maken over Kasteel Huis Bergh.  Deze plek geeft power aan een enorm verhaal.

 

In 1346 verleende Bisschop Walmarus van Keulen aan Adam van den Bergh het recht om munten te slaan in ’s-Heerenberg. Aanvankelijk was de Munt gevestigd bij de Oldste Poort nabij de huidige bibliotheek van ’s-Heerenberg. Waarschijnlijk rond 1470 is de muntfabriek verplaatst naar het huidige Muntgebouw, binnen de stadsmuur. In de loop der jaren hebben er veel verbouwingen en restauraties plaatsgevonden. In 1577 werd het bouwvallige gebouw hersteld door muntmeester Clemens van Eembrugge. Het is toen nog tot 1582 als muntwerkplaats in gebruik geweest, maar het deed daarnaast ook al dienst als woonhuis. In het begin van de achttiende eeuw heeft het gebouw nog een tijd dienst gedaan als gruttenmolen, maar al gauw werd het alleen nog voor bewoning gebruikt en veranderde het pand regelmatig van eigenaar.

Na de aankoop door kasteel Huis Bergh volgde een restauratie. Vanaf 1976 zijn de  bovenverdiepingen een veilige plek voor huisarchief en bibliotheek.